Het Hof heeft uitspraak gedaan in de zaak tegen Wilders wegens zijn uitlating ‘Minder Marokkanen’. Het Hof acht bewezen dat Wilders bij zijn toespraak op 19 maart 2014 de Marokkaanse bevolkingsgroep heeft beledigd door zich bij zijn oproep ‘Minder Marokkanen’ bewust niet te beperken tot ‘criminele Marokkanen’. Een straf werd niet opgelegd omdat dat gelet op de strekking van het strafrecht niet zinvol zou zijn. De vorderingen van zich aangedaan voelende Marokkanen of sympathisanten werden verworpen of niet ontvankelijk verklaard.

Op onze Iphone hoorden we het arrest uitspreken door een zichtbaar aangedane president, die zich herhaaldelijk moest verbeteren. Begrijpelijk gelet op het belang van de kwestie. De uitspraak aanhorende was er respect voor de zeer goed gedocumenteerde uitspraak en kon men daarin meegaan.

Toch wringt hier iets. De D’66 voorman Pechtold had het bijvoorbeeld ooit over ‘Is er een Rus die men kan vertrouwen?’ of woorden van gelijke strekking. Het Hof meende evenwel dat er geen vergelijkbare gevallen waren en wees daarom het beroep op het gelijkheidsbeginsel of het verbod van discriminatie af. Dat moge het hof zo vinden maar het feit blijft dat Pechtold ons wilde laten geloven dat er geen betrouwbare Russen bestaan terwijl die er wel degelijk zijn.

De willekeur ligt dan bij het openbaar ministerie. Het is ook geen moeilijke gedachtesprong te veronderstellen dat de doorgaans veel op de politieke partij D’ 66 stemmende leden van de staande en zittende magistratuur Wilders maar een ordinaire schreeuwlelijk vinden. Persoonlijke opvattingen mogen bij de strafbaarheidsbeoordeling natuurlijk geen rol spelen, maar in dit schemergebied is alles mogelijk.

Wat te denken van de beweging ‘Kick out Zwarte Piet’? Is dat geen haat zaaien? Het moet toch een kleine moeite zijn om historisch aan te tonen dat de grond voor deze beweging niet klopt, omdat het verschijnsel Zwarte Piet niets met racisme te maken heeft. Maar het zet wel aan tot haat tegen onschuldige kinderen en ouders die volledig te goeder trouw zijn, op wie niets aan te merken valt. Behalve dan in de ogen van een minderheidsgroep die wellicht gepest wordt. Dat biedt echter geen rechtvaardiging tot haat zaaien. Toch wordt het niet aangepakt.

Opvallend in dit verband was ook in de uitspraak tegen Wilders de verwerping door het Hof van de klachten van Marokkaanse  sympathisanten die zich persoonlijk aangesproken voelden. Daar zal bij het Hof toch het gevoel geheerst hebben dat je in onze samenleving best wat eelt op je ziel mag hebben, in plaats van dat mysterieuze oosterse eergevoel dat een ander je gezicht niet mag laten verliezen, bij gebreke waarvan het geoorloofd is moord en doodslag te zaaien.

Terugkomende op Wilders lijkt het op het eerste gezicht begrijpelijk dat deze zijn pijlen richt op een bevolkingsgroep die op grond van de statistieken meer dan evenredige criminaliteit veroorzaakt. Het zwakke in zijn verhaal is echter dat die ongewenste immigrantenstroom het gevolg is van het misbruik van ons sociale stelsel. Wilders zou een geloofwaardiger verhaal hebben als hij daar op zou wijzen, in plaats van dat misplaatste gebruik van ons sociale stelsel te willen reserveren voor de autochtone bevolking.