DE VROUWEN VAN AMADEO MODIGLIANI

 

Als kind moest ik er naar kijken. Bij ons thuis hing een reproductie van een schilderij van Modigliani aan de muur. Mijn moeder vond het verschrikkelijk mooi en ik vond het verschrikkelijk lelijk. Ik wist niet waar mijn ongenoegen vandaan kwam. Was het door de eerbied die het kreeg en daarom mijn eigen afkeer als zonde werd ervaren? Terwijl seconde na seconde, dag na dag, jaar in jaar uit mijn aanblik gekweld werd door die vrouwenfiguur.

 

Was het de angstaanjagend meelijwekkende blik van een vrouw, die met haar vrouwzijn al het leed in de wereld droeg?

Het was ook de vormgeving zelf. Het gifgroen, het oranje en het fletse bruin, het langwerpige gelaat en de onderworpen blik in de ogen.

 

Nu meen ik die afkeer beter te begrijpen, die onbewust begrepen boodschap. Hier werd een vrouw neergezet waar ik niet naar op zoek was. Een vrouw zonder eigenschappen, zonder wil en een en al volgzaamheid. Toch was er een stil verwijt omdat ik een man was.

 

Misschien vergis ik mij, maar ik heb de indruk dat de bewondering voor de vrouwen van Modigliani vooral van vrouwenzijde komt. Dat kan verklaren de hoogte van de prijzen die voor de schilderijen neergeteld worden, zoals de prijs vooral bepaald wordt door wat vrouwen wensen, wat zij mooi vinden.

 

De vrouw als slachtoffer verkoopt. De schilderijen van Modigliani verdragen geen andere boodschap. Misschien omdat hij er zelf debet aan was en aan boetedoening deed. Misschien omdat hij er echt in geloofde. Pas veel later las ik de beschrijving van Arthur Schopenhauer over het verschijnsel vrouw. En nog ging mij geen licht op. Zelfs niet toen ik moest vernemen dat er onder vrouwenartsen veel vrouwenhaters zijn.

 

Schoonheid heeft vele kanten en de oorsprong daarvan zetelt in ons diepste wezen. Met de vrouwen van Modigliani wordt een magistraal spel gespeeld. Dat is de eerbied voor de vrouw, omdat zij slachtoffer is, ook al leven zij tien jaar langer.