Ik zag het vraaggesprek met de pensioendeskundige en advocaat prof. Hans van Meerten over de invoering van het nieuwe pensioenstelsel. Zo’n 35 jaar geleden moest ik de raad van bestuur van een beursgenoteerd  bedrijf adviseren. Een met pensioen gaande directeur eiste het opgebouwde pensioenkapitaal van toen ongeveer 1,5 miljoen gulden op haar eigen bankrekening. Zij wilde het zelf beleggen. De voorzitter van de raad van bestuur, zoiets noemen ze tegenwoordig c.e.o. geloof ik, zag de bui al hangen. Het draagvlak van zijn pensioenfonds zag hij verdampen. Wie is eigenaar van de ingelegde pensioengelden, het bedrijf of de pensioengerechtigde? Ik heb dat toen geloof ik opgelost door aan de hand van het pensioenreglement na te gaan wie met de uitvoering belast was en ben zo het eigendomsvraagstuk uit de weg gegaan.

Het nieuwe pensioenstelsel lost dat vraagstuk ook niet op zo begrijp ik. Dat nieuwe stelsel zou de pensioengerechtigde wel meer mogelijkheden geven wat er met zijn geld gebeurd. Volledige beschikkingsbevoegdheid over zijn ingelegde gelden blijft echter buiten beeld. Verplichte belegging in sectorale pensioenfondsen al naar gelang de bedrijfssector waarin men werkt blijft gehandhaafd. Het nieuwe stelsel verlaat het nominale stelsel. Het per deelnemer opgebouwde pensioenkapitaal bepaalt uiteindelijk het uit te keren pensioen. Dat hangt dus af van hoe er belegd is. Het nominale stelsel is voordelig in tijden van deflatie zoals in de eerste helft van de vorige eeuw, al blijft het dan de vraag of het pensioenfonds wel kan uitkeren, niet failliet is. In tijden van inflatie, sinds mensenheugenis de gewone gang van zaken, is het nieuwe stelsel voordeliger, tenminste als er goed belegd wordt.

De discussie rond het nieuwe pensioenstelsel gaat opnieuw over de vraag waarom de pensioendeelnemer zijn eigen geld niet mag beheren. Het uitgangspunt was oorspronkelijk dat de jonge deelnemer genekt werd door het solidariteitsbeginsel. Zijn geld werd voor een belangrijk deel besteed voor de oudere deelnemer. Daarom was de leus ieder voor zich. Dat mag zo zijn maar dat ieder voor zich beginsel is in het nieuwe stelsel een wassen neus. De verplichte deelname aan het bedrijfspensioenfonds blijft gehandhaafd. Het bestuur gaat over de belegging. Kortom, het nieuwe stelsel is gelet op de wens tot verandering vlees noch vis. De vraag blijft waarom dan toch dit nieuw stelsel? Wie heeft daar belang bij? Welke ondoorzichtige manipulaties spelen hier een rol? Op principiële vragen wordt zoals vaak in de politiek gezwegen. Het zal te maken met het zwalkende schip van staat dat de roerganger in bedwang moet zien te houden. Wie heeft er werkelijk baat bij dit nieuwe pensioenstelsel? Om die vraag te beantwoorden moet bedacht worden dat met het nieuwe stelsel binnen de pensioenfondsen enorme bedragen vrijkomen die in het oude stelsel als voorzieningen moesten worden aangehouden. Wat gebeurt er met dat geld? Die voorzieningen moesten eerder aangehouden worden om te waarborgen dat de pensioenfondsen aan hun verplichtingen konden voldoen. Met het nieuwe stelsel hoeft dat niet meer. Het beleggingsrisico is verlegd naar de individuele pensioendeelnemer. Wat gebeurt er met dat loszwevende kapitaal waar geen verplichtingen tegenover staan? Pensioenfondsbestuurders zullen aandringen op salarisverhoging natuurlijk, maar er blijft genoeg over.

Prof. van Meerten had het over netwerkcorruptie. Daarmee doelde hij op vakbondsbestuurders die onderhandelen over de C.A.O. maar ook zeggenschap over sectorale pensioenfondsen hebben. Is de wensdroom van prof. Meertens en anderen van een echt liberaal pensioenstelsel niet teveel gevraagd? Wie is in staat met geld om te gaan? In Rusland en Oekraïne kwam toen het communisme opgeheven werd het collectief verdeelde bezit in de kortst mogelijke keren weer in handen van een heel kleine groep, de oligarchen.

Het zal niet hardop gezegd worden maar met het nieuwe pensioenstelsel krijgt de publieke sector meer bestedingsruimte. De vraag blijft wel of de kosten van klimaatverbetering en oorlog van het pensioengeld betaald moeten worden?