Blog Image

Celeste Lupus

Over dit weblog

Celeste Lupus schrijft over: literatuur, politiek, filosofie, recht, economie en wetenschap.

Verschijnselen

Literatuur Posted on Tue, June 16, 2015 14:28:01

LINDA DE MOL EN DE NATUURKUNDE

 

Natuurkundigen onderzoeken verschijnselen. Dat kan een verschillend doel dienen. Technici zoeken naar een middel om een bruikbaar apparaat te maken. De theoretici zijn meer op zoek naar het wezen der dingen. En als men dat nader bekijkt valt het op dat het ene verschijnsel verklaard wordt met het andere. Linda de Mol doet ook zoiets. In haar blad Linda probeert ze uit te leggen waarom vrouwen vallen op foute mannen. Dat zijn playboys met sportwagens en Guccipakken, kortom alles wat glimt. Dat is fout volgens Linda, maar wel spannend. Fout omdat er geen liefde in het spel is en spannend, ja waarom spannend, dat verklaart ze niet.

Dan zal ik het maar doen. Het is spannend omdat liefde saai is. Liefde is trouw en dat betekent alles steeds maar weer opnieuw hetzelfde. Zo begrijp ik Linda de Mol. Wat ik niet begrijp is waarom glim fout is. Want dan is Linda de Mol zelf hartstikke fout. Bij alles wat ze doet probeert ze een beetje aandacht voor een wat diepere gedachte te voorkomen. En dat is eigenlijk de definitie voor glim. Figuurlijk dan, maar dat mag hoop ik.

Eigenlijk is alles wat Linda doet een aansporing, een verborgen boodschap om een beetje fout te gaan. Zo wordt het leven leuk en spreekt zij zichzelf tegen. Net zoals in de natuurkunde houdt zij zichzelf voor de gek. Zeg het nu maar eerlijk Linda, fout is niet fout, anders ben je nergens.

 



Vraaggesprek

Literatuur Posted on Sun, May 24, 2015 14:55:43

WILLEM VAN HANEGEM OVER HET EUROVISIESONGFESTIVAL

“Willem, wat vond jij van het Eurovisiesongfestival?”

“Ik heb alleen verstand van voetbal.”

“Nou kom Willem, je hebt daar best een mening over.”

“Ja, lekkere wijven, punkbroekie. In Albanië kunnen ze niet voetballen, maar dit kon er mee door. Die ene met die snor was er ook weer, wat een gozer.(Grinnikt). Was dat nou muziek?”

“Ja, dat zeggen ze.”

“Ze kunnen zoveel zeggen. Alleen, die Italiaanse gasten, die kunnen ze zo op de Costa Concordia zetten. Dan is de uitvaart meteen ook gezelliger.”

“Willem, je opbouwende kritiek over het voetbal kennen we. Noem een paar pluspunten.

“Stratemakerfestival. Circus. Heb ook een paar woorden Russisch verstaan.

“Dat was Engels Willem.”

“Russisch Engels dan zeker.”

“Neen, gewoon Engels.”

“En Poetin vond dat goed? Ja, die oligarchjes moeten ook wat. Bij hun in de kerk is niet veel te beleven.”

“Poetin heeft wel andere dingen aan zijn hoofd. Noem nog eens wat leuks om over naar huis te schrijven.”

“Ik had zo graag nog een keer dingedingdong willen horen. Die hebben toch ook een keer gewonnen. Ik zat toen nog met Truus op de bank en we bleven maar zingen, dingedingdong, dingedingdong, steeds maar weer, ook toen het allang afgelopen was. Dat miste ik echt. De muziek. Hadden ze Trijntje nou maar die naveljurk aangelaten. Dan had ze gewonnen.”

“Denk je?”

“Ja, dat denk ik. Het is net als bij voetbal. Ik doe of ik rechts ga en passeer links. Dat doen die wijven met hun naveljurken ook. Je verstand staat op nul en de rest volgt vanzelf.”

“Willem, ik dank je voor dit gesprek. Waar ga je nu doen?”

“Me aanmelden als begeleider voor het volgende festival.”



Onze toekomst

Literatuur Posted on Wed, January 07, 2015 15:45:17

SOUMISSION

Een dag voor de aanslag op het kantoor van het satirische weekblad Charlie Hebdo in Parijs, die twaalf doden kostte, verscheen het nieuwste boek ‘Soumission’ van Michel Houellebecq. ‘Onderwerping’ voor geletterden. Het schetst een Frankrijk in het jaar 2022 met een islamitische regering. Men kan hem betitelen als Michel Huilebalk, immers het boek 1984 van George Orwell is ook niet uitgekomen. Maar zoals Houellebecq zegt, een schrijver moet natuurlijk overdrijven om de blik te vangen. Dat betekent niet dat het niet kan gebeuren. Desgevraagd zei hij daarover : “C’est une possibilité”.

In het vraaggesprek met Le Figaro zei Houellebecq dat het westen bezig is zelfmoord te plegen. Hij zal daarbij doelen op de democratie die misbruikt kan worden. Hij ziet een terugkeer naar de geest van de middeleeuwen waarin de religie als onverdraagzame macht de overhand krijgt. Het protestantisme als reactie daartegen opgekomen in het tijdperk der verlichting zal gedoemd zijn te verdwijnen.

Hoe hierover te denken? Het is waar, met de toenemende welvaart en communicatiemogelijkheden wordt er meer en meer rekening gehouden met een bevolkingsgroep die in de middeleeuwen en het tijdperk der verlichting tot de ongeletterden werd gerekend. Televisieprogramma’s kunnen dit beeld niet ontzenuwen. Het overgrote deel van de bevolking heeft een baas nodig. Maar niet alleen dat, zij hebben ook een profeet nodig die schetst wat hun mogelijkheden zijn. Voor hen is die democratie niet aanlokkelijk. Het schept verplichtingen en verantwoordelijkheden. Iets waarbij zij zich niets kunnen voorstellen. Wat zij zich wel kunnen voorstellen is de hemel waar alle ellende achter de rug is en waar de beloning wacht.

Die boodschap geeft zin aan het leven en is waard zich te richten naar de profeet die zulks verkondigt. Dat het een goede boodschap is ervaren zij onmiddellijk want zonder dat zouden zij naar drank en verdovende middelen grijpen. Zo wordt het leven ervaren als een blijde boodschap al zal het maar kort duren. En dat is niet erg want zonder dat zou de beloning te lang uitblijven. Het leven is een te zware opgave. Dat was in het tijdperk der verlichting ook al zo, alleen toen hadden zij niet de macht en wisten niet beter.

Zal het zover komen? Misschien is er troost, want zij die niet voor zichzelf kunnen zorgen worden geregeerd naar het oude gezegde ‘de wal keert het schip’. Alleen is het dan nog op tijd?



Wijsheid

Literatuur Posted on Fri, December 19, 2014 14:55:27

LOB DES HOHEN VERSTANDS

 

In het tv programma Pauw van 18 december 2014 vond de VVD senator Ed Nijpels het goed dat Geert Wilders vervolgd wordt omdat er dan duidelijkheid komt wat wel en wat niet kan. Dit lijkt de wereld op zijn kop. Een rechter bepaalt niet wat wel en wat niet kan. Dat is aan de wetgever. Een rechter dient geen moreel oordeel te geven. Ook dat is aan de politiek, de wetgever. De rechter dient slechts de wet toe te passen. Dat er op deze wijze aan pseudowetgeving wordt gedaan is veelzeggend voor de zwakte van de wetgevende macht. Een politicus dient zich niet te verschuilen achter een ambtenaar die een uitvoerende taak heeft. Een politicus behoort een inhoudelijk standpunt in te nemen. Dat zoiets in het geval Wilders uit electoraal oogpunt misschien niet wenselijk is mag natuurlijk geen rol spelen.

Het wordt steeds meer duidelijk dat de vrijheid van meningsuiting in Nederland steeds verder beknot wordt. Allereerst door niet zichtbare krachten, te vergelijken met die welke Sony heeft doen besluiten een film over de Noord Koreaanse leider Kim Jong-un niet uit te brengen. Slechts een enkele cabaretier in Nederland durft toe te geven dat hij niet meer durft te zeggen wat hij denkt. Verder is er nu steeds meer de beperking door de overheid zelf dat de verboden van haatzaaien en discriminatie uit de kast haalt.

Ik zou zeggen schrap die verboden en vervang die door een verbod op wat de grondslagen van de Nederlandse samenleving aantast. Misschien kan Wilders dan vervolgd worden, maar ook zij die zich door Wilders aangesproken voelen. Dan wordt de komende burgeroorlog niet op straat maar voor de rechter uitgevochten. En VVD senator Ed Nijpels heeft zijn zin.

Laten wij hopen dat het dan niet zo gaat als in het lied van Gustav Mahler, LOB DES HOHEN VERSTANDS, waar een ezel als rechter moet beslissen wie mooier zingt, de nachtegaal of de koekoek. Want in het lied besliste de rechter dat hij de nachtegaal niet kan volgen, maar wel de koekoek en voor de rest mag u het raden.

 



Film

Literatuur Posted on Sun, October 19, 2014 18:11:50

LA GRANDE BELLEZZA

 

De film La Grande Bellezza van Paolo Sorrentino uit 2013, in de Verenigde Staten winnaar van de Oscar voor de beste buitenlandse film, mist eigenlijk iedere intrige. Of het zou de levensloop moeten zijn van de mislukte romanschrijver maar geslaagde roddelverslaggever Jep Gambardella, zoiets als bij ons Ivo Niehe van de Tros of verder in de tijd terug Henk van der Meijden van De Telegraaf. De film boeit doordat het overkomt als een muurschildering dat tot leven komt. Een fresco, eerst als stilstaand beeld, maar waarin de toeschouwer verdwaalt, op zoek naar de samenhang en zo het onbewuste levend wordt. De bestaansangst der nuttelozen, die weinig te vertellen hebben en toch gezien willen worden. De oorlog lijkt uitgebannen, weggedacht, om het echte leven niet te hoeven ondergaan.

Als zich dat dan toch manifesteert is dat in de figuur van een moeder Theresia. Een kardinaal die ook ten tonele verschijnt lijkt eerst een karikatuur. Vol vuur kan hij vertellen over de kunst een smakelijke eendebout te bereiden. Als hij iets los moet laten over zijn roeping kijkt hij verstoord, van zijn à propos gebracht, kan alleen maar kwijt: ‘donna nobis pacem’ of zoiets.

Toch lijkt de kardinaal echter dan de moeder Theresia figuur. En dat is in zekere zin de verrassing in de film. De schijnheiligheid van Jep Gambardella komt sympathieker over dan die van de kardinaal. Jep Gambardella spot met zichzelf, zijn dienstbode mag hem ‘schurkje’ noemen. Het is daarom ook dat de moeder Theresia figuur eerder een overdrijving, een karikatuur is. Iemand die de gelofte van armoede heeft afgelegd heeft wel wat beters te doen dan als 104-jarige de Spaanse trappen te beklimmen om een beeld te kussen.

Afwisselende gevoelens van déja vu en bijval kwamen daardoor bij mij op. Het déja vu vanwege de clichés ontleend aan Fellini, zoals de karikatuur van moeder Theresia, bijval voor de compositie, het mozaïek van een warrige, chaotische wereld waarin genot- en hebzucht de drijfveren zijn.

Naar mijn inzicht draagt de kardinaal de film. Zonder hem zou Jep Gambardella en zijn vrienden richtingsloos zijn. Nu zijn zij zichzelf, iets wat de kardinaal niet is. De warrigheid die de film met zich draagt wordt daardoor begrijpelijker, meelevender.



Voetbal

Literatuur Posted on Tue, October 14, 2014 18:59:49

RARE DROOM

Had vannacht zo’n rare droom. Zag een voetbalveld met spelers en een trainer. Daarvoor nog allemaal gezichten met bloemkooloren die om het hardst riepen tegen racisme te zijn. Op het voetbalveld legde de trainer aan een roetzwarte speler uit wie de tegenstander was en dat je daar niet de bal naar toe moest toespelen. De zwarte voetballer knikte, hij begreep het. Toen zag je de wedstrijd en ik zag die zwarte speler steeds maar de bal naar de tegenpartij spelen. Ik zag hem denken met diepe rimpels in zijn voorhoofd: ‘zo doe ik het toch goed!?’.

Dan zag je weer de training en de trainer maar uitleggen dat die blauwe trui de tegenpartij was en dat je eerder dan hij bij de bal moest zijn. Nu knikten ook de minder zwarte voetballers. ‘We zien het helemaal zitten’ riep er één. ‘We gaan ze inmaken’. ‘Denk erom niet naar de blauwen en laat ze niet aan de bal komen’ riep de trainer weer. Tenminste dat dacht ik.

Toen zag ik weer wat anders. Een grauw achterafzaaltje in een smoezelig café, waar een dikke man met spleetogen en aan elke vinger een ring iets uitlegde aan een zwarte man die mij erg bekend voorkwam. De zwarte man knikte. Hij begreep het.

Badend in het zweet werd ik wakker. Het was een nachtmerrie. Ik had gezondigd. Ik had racistisch gedacht, tenminste gedroomd. Ik probeerde mij te verdedigen. Alsof een zwarte man nooit iets verkeerd kan doen. Alsof anderen alles maar goed doen, verweet ik mijzelf weer. Het was om dol van te worden

Ik kwam weer bij mijn positieven en wist wat er gebeurd was. Het was die voetbalwedstrijd gisteravond die mij parten gespeeld had. Ik had ernaar gekeken en het niet begrepen. Dat ze steeds maar de bal naar …..de tegenstander speelden en ….ja die tegenstander steeds eerder bij de bal was. En niet alleen die zwarte speler hoor. Ja die wel vaker, maar toch. Hoe kan dat nou dacht ik en was de kluts kwijt.

Toch na een kop koffie bij het ontbijt dacht ik het te hebben begrepen, was ook opgelucht: ‘misschien hebben de spelers het allemaal wel goed begrepen maar heeft de trainer het verkeerd uitgelegd’.

Het gaf een hele geruststelling mijn gedachten weer geordend te hebben en de spelers, ook die zwarte, vrijuit gingen.



Overspel

Literatuur Posted on Mon, September 29, 2014 12:55:53

MADAME >BOVARY

Het boek Madame Bovary van Gustave Flaubert verscheen voor het eerst als feuilleton, om de twee weken in zes afleveringen van 1 oktober tot 15 december, in de Revue de Paris jaargang 1856. Het veroorzaakte onmiddellijk een schandaal. Het openbaar ministerie klaagde de schrijver aan voor smaad tegen de goede zeden, de publieke en godsdienstige moraal. Het voert te ver de bijzonderheden van het proces hier weer te geven. In wezen kwam de klacht erop neer dat het een wellustig, zinneprikkelend boek over een overspelige vrouw was, die jonge meisjes op verkeerde gedachten kon brengen. Gustav Flaubert werd verdedigd door de vermaarde advocaat maître Marie Antoine Jules Sénard. Eerder was Sénard minister van Binnenlandse Zaken en voorzitter van de Assemblée Nationale geweest. Geen kleine jongen dus.

Maître Sénard verdedigde hartstochtelijk dat het boek geenszins immoralistisch was. Integendeel, het wilde slechts laten zien hoe verkeerde opvoeding de positie van Emma Bovary als vrouw van een notabele plattelandsarts zou ondermijnen. Haar moeder was al vroeg gestorven en als enig kind van een boer was zij op zichzelf aangewezen. De grote wereld deed zij op uit romannetjes die weinig van doen hadden met de werkelijkheid. Haar opvoeding op een kloosterschool voegde daar weinig gaan toe.

In wezen hield de verdediging van maître Sénard een aanval in op de praktijk van de gangbare geloofsbelijdenis, die jonge meisjes devotie wil bijbrengen met voorbeelden die te ver van hen afstaan om ze op het leven voor te bereiden. In plaats van het kind de praktijk van het leven te doen inzien, te onderscheiden tussen het goede en het slechte, beheersing bij te brengen, wordt het opgevoed met wezensvreemde voorbeeldjes van deugdzaamheid, vroomheid, situaties waarin zij zich niet kan herkennen. Zo heeft Gustave Flaubert de dwaalweg van Emma Bovary gezien.

D’oừ il arrive que vous avez beaucoup de femmes fort dévotes, qui ne sont pas religieuses du tout. Et quand le vent les pousse hors du chemin où elles devraient marcher, au lieu de trouver la force, elles ne trouvent que toute espèce de sensualités qui les égarent.

Aldus maître Sénard.

Naar hedendaags inzicht lijkt dit op de klacht van de vrouwenemancipatiebeweging in de jaren zeventig, die zich richtte tegen de valse voorstelling van de prins op het witte paard. Toch, heden ten dage kan men zich de beroering over het boek niet meer goed voorstellen. Wellicht ontstond die omdat in het boek niet zichtbaar stelling werd genomen, iets wat maître Sénard in zijn pleidooi overigens ontkende. Maar goed, was er in het boek openlijker, zichtbaarder stelling genomen dan zou dat alleen maar in het nadeel van Emma Bovary hebben kunnen uitvallen. Geen schrijver in die tijd zou het voor een overspelige vrouw hebben durven opnemen. Jezus schreef dan wel in het zand en redde zo een overspelige vrouw van steniging, volgens de wet van Mozes, maar ook hij zei: “Ga naar huis en zondig niet meer.” (Joh. 8.1)

Gustave Flaubert werd vrijgesproken. Toch was de rechtbank zuinig, getuige de volgende overwegingen:

« Attendu qu’il y a des limites que la littérature, même plus légère, ne doit pas dépasser, et donc Gustave Flaubert et co-inculpés paraissent ne s’être pas suffisamment rendu compte; »

Maar verzachtend :

« Qu’il a eu le tort seulement de perdre parfois de vue des règles que tout écrivain qui se respecte ne doit franchir, et d’oublier que la littérature, comme l’art, pour accomplir le bien qu’elle est appelée à produire, ne doit pas seulement être chaste et pure dans sa forme et dans son impression; »

Met als oordeel :

« Dans ces circonstances, attendu qu’il n’est pas suffisamment établi que Pichat, Gustave Flaubert et Pillet se soient rendu coupables des délits qui leur sont imputés;

« Le tribunal les acquitte de la prévention portée contre eux et les renvoie sans dépens. »

Er komt nu een toneelvoorstelling van het boek op de planken. In het televisieprogramma Opium van zaterdag 20 september jongstleden was een gesprek met Susan Visser die madame Bovary speelt. Ook haar werd gevraagd naar het wezen van madame Bovary. Zo te zien overviel het haar. Zij had zich meer voorbereid op de uitbeelding van haar rol, zoals het toneel zich met stereotypen weet te bedienen. Toneel moet herkenbaar zijn. De actrice wist niet veel meer te zeggen dan dat madame Bovary een droomvrouw was. Zij verbeterde zich. Neen, niet een droomvrouw (zoals mannen zich die dromen moet zij verschrikt gedacht hebben) maar een vrouw die droomt. Verder kwam de actrice niet. Zij had het boek op zeventienjarige leeftijd gelezen en was er helemaal door overdonderd, zonder zich goed te kunnen voorstellen wat er aan de hand was.

Deze ontboezeming is herkenbaar omdat het leven voor jonge mensen een raadsel is, al zijn zij zich daarvan niet bewust. Naarmate men ouder wordt het allemaal begrijpelijker, het raadsel echter niet minder.

Wat de roman Madame Bovary betreft moet het maar een raadsel blijven, omdat juist dat blijft boeien. Wel meen ik dat ergens in het boek (blzz 119, 120, Flammarion, Paris, 1986) in enkele volzinnen een tip van de sluier wordt opgelicht. Het verklaart haar gedrag en onderstreept het betoog van maître Sénard voor zijn verdediging van Gustav Flaubert, al heb ik het in zijn pleidooi niet terug kunnen vinden. Ik laat de bewuste passage uit het boek hier volgen.

‘Tout ce qui l’entourait immédiatement, campagne ennuyeuse, petits-bourgeois imbéciles, médiocrité de l’existence, lui semblait une exception dans le monde, un hasard particulier où elle se trouve prise, tandis qu’au-delà s’étendait à perte de vue l’immense pays des félicités et des passions. Elle confondait, dans son désir, les sensualités du luxe avec les joies du cœur, l’élégance des habitudes et les délicatesses du sentiment. Ne fallait-il pas à l’amour, comme aux plantes indiennes, des terrains préparés, une température particulière? Les soupirs au clair de lune, les longues étreintes, les larmes qui coulent sur les mains qu’on abandonne, toutes les fièvres de la chair et les langueurs de la tendresse ne se séparaient donc pas du balcon des grands châteaux qui sont pleins de loisirs, d’un boudoir à stores de soie avec un tapis bien épais, des jardinières remplies, un lit monté sur une estrade, ni du scintillement des pierres précieuses et des aiguillettes de la livrée.‘

Ofwel in mijn vertaling:

‘Alles wat haar omringde, het saaie platteland, de kleingeestige mensen, de middelmaat van alles, het scheen haar of het niet echt was, een toevalligheid waar zij verkeerde, terwijl toch een onafzienbaar land van gelukzaligheid en hartstocht moest bestaan. In haar verlangen, bij het zien van uiterlijke weelde, verwarde zij genot met innerlijke vreugde, zwier in omgangsvormen met gevoel. Zoals bij uitheemse planten, behoefde de liefde niet bijzondere omgeving, warmte? Zuchten in het maanlicht, langdurige omhelzingen, tranen die vloeien op handen van wie afscheid genomen wordt, alle opwinding en smachtende verlangens naar tederheid konden niet los staan van balkonscènes op luchtige kastelen, van kleedkamers met zijden gordijnen en weelderig tapijt, van bloembakken vol met pracht, een praalbed met baldakijn, noch van fonkelende edelstenen en de stiksels, het sierkoord op een livrei.’

In de Nederlandse vertaling van Margot Bakker (uitgave L J VEEN’S UITGEVERSMAATSCHAPPIJ NV AMSTERDAM) luidt de vertaling als volgt:

‘Alles wat tot haar dagelijkse omgeving behoorde, het eentonige platteland, de domme kleine burgers, de middelmatigheid van het bestaan, leek haar uitzondering in de wereld, een lot dat haar persoonlijk had getroffen, terwijl daarbuiten zover de blik reikte het onbegrensde land van gelukzaligheid en hartstocht zich uitstrekte. Zij verwarde in haar verlangen de zucht naar weelde met de vreugde des harten, de verfijnde manieren met de verfijningen van het gevoel. Was men niet aan de liefde, zo goed als aan de tropische planten, een geschikte bodem verschuldigd en een hogere temperatuur? De zuchten in het maanlicht, de tranen die druppelen op handen die men ten afscheid drukt, alle begeerten van het vlees, de verlangens van de tederheid waren dan ook niet los te denken van het balkon van de wijdse kastelen, waar men tijd in overvloed heeft, van een boudoir met zijden gordijnen en een week tapijt, van een op een verhoging geplaatst bed, noch van het flonkeren van kostbare edelstenen en de nestels van de livrei.’

Ik laat aan de lezer het oordeel welke vertaling aan de tekst recht doet. Hoe dit alles ook zij, het gedrag van madame Bovary blijft de gemoederen bezig houden. In deze tijd van vrouwenemancipatie ligt het voor de hand naar een rechtvaardiging te zoeken. En dat was in het vraaggesprek met de actrice Susan Visser te merken. Het licht voor de hand het schandaal in het licht van die tijd te zien. Overspel kwam natuurlijk veel voor, zeker in het in de ogen van meer noordelijke landen lichtzinnige Frankrijk. Niet dat het in de noordelijke landen niet voorkwam, maar de Franse levenskunst was om jaloers op te zijn, temeer reden er op af te geven. Toch, ook Frankrijk verborg haar zonden onder een dikke laag vroomheid, die vooral kwezelkens deugd deed.

Het blijft de vraag of Gustave Flaubert oprecht was in zijn verdediging dat het boek juist in dienst van de moraal stond. Want wat is moraal? Zijn dat de heersende wetten en zeden waaraan men dient te gehoorzamen of is dat het eigen oordeel dat voor niemand wijken wil? Andere overspelige vrouwen in de literatuur zijn Anna Karenina, Effi Briest en Eline Vere. Met hen, behalve met Effi Briest misschien, loopt het niet goed af. De vraag blijft of dat bedoeld is om te waarschuwen of dat zij het slachtoffer zijn van hun omstandigheden.

Hoe nu het toneel Madame Bovary zal laten zien valt af te wachten. Het probleem is dat Madame Bovary een icoon is zoals ook Anne Frank. Van Anne Frank is ook een toneelvoorstelling gemaakt. Blijkens de recensie van Herien Wensink in de NRC is het schrijversechtpaar Leon de Winter en Jessica Durlacher er niet in geslaagd het intieme gedachtengoed van Anne Frank op toneel goed weer te geven. Afgaande op de recensie, zonder de voorstellig te hebben gezien, is de indruk dat de intimiteit is plat geslagen tussen eerbetoon en bombastisch spektakel.

Het is te hopen dat de toneelvoorstelling Madame Bovary een beter lot beschoren is.



Onbegrip

Literatuur Posted on Tue, August 12, 2014 15:19:39

JOEP VAN DE OMHEINING EN HET KLOOTJESVOLK

Joep van de Omheining houdt het voor gezien. Hij houdt niet van kranten met chocoladeletters. Wat een mafkees! Hou toch je rug recht man. En wees een beetje eerlijk. Jij verdient toch je geld dankzij dat klootjesvolk. De ranzigheid ruik jij van verre en je springt daar op af als een bronstige stier. Ik zie je voor me als je je stukjes schrijft. Neen, ik zal niet vertellen wat ik dan zie, want dat is te erg voor woorden. Maar als het dan toch moet, vooruit dan maar. Een halfbakken intellectueel van een of andere universiteit in niemandsland, al dan niet met diploma, die zichzelf wil bewijzen als een kwaliteitsmens met inhoud en diepgang.

Weet je wel wat je opgeeft? Je hele bestaan hangt ervan af. Die krant waar je nu nog in schrijft is al lang zichzelf niet meer. En dat is begonnen met jouw stukjes, eerst weggemoffeld op de achterpagina en nu meteen ram op de tweede pagina na de omslag waar de Joop van de Ende cultuur vanaf straalt. Niets om over na te denken dus en daarom vlug naar de volgende bladzij, waar het leed nog niet voorbij is. Eerst jouw stuk en daaronder Fokke en Sukke. Het gevolg is dat je de rest van de krant op dezelfde manier leest. De rubriek wetenschap als verhalen van Willie Wortel, de politieke commentaren als grapjes bij de borrel.

Het zijn die geniale Belgen die dat bedacht hebben. Het is de tijdgeest zullen we maar zeggen. Tegenwoordig heeft de jeugd het geld, maar nog steeds komt het verstand met de jaren. Geldelijk gezien is het riskant geworden zinnen uit te spreken waar je over na hebt gedacht. Somber hoor je ze het zeggen. De intellectuuuhhhheeel! Met die lange uithaal en de stilzwijgende boodschap dat je aan de galg mag.

Sneu, maar het is niet anders. Het is waar, vroeger was geld ook niet alles maar toch meer verstand. Daar hielden die kranten rekening mee. Dat mag je ze niet kwalijk nemen. Begrijp je dat dan niet Joep?

Neen Joep, je moet echt niet denken dat jij met je ferme taal het tij kunt keren. Wat jij moet doen is meegaan met je tijd en die Belgen serieus nemen. Die zien de verandering en spelen daar op in. Zelf weten ze heus wel beter, maar laten het niet merken. Hun lol hebben ze binnenskamers, als ze het banksaldo zien. Je bent er zelf toch ook niet vies van?

Joep, ga rentenieren en overdenk je zonden. Er is een troost. Het woord izegrim bestaat al heel lang.



« PreviousNext »